Zoeken


Pagina navigatie
[ Verbergen ]
|
Zedendelict
Een zedendelict of zedenfeit is een strafbaar feit op zedelijk gebied.
België
+
In het Belgisch Strafwetboek zijn de zedendelicten geregeld in Boek II, Titel VII. Daarbij worden ook enkele andere delicten behandeld, zoals het te vondeling leggen en het verlaten van kinderen en ontvoering van minderjarigen. Als eigenlijke seksuele delicten zijn strafbaar gesteld: aanranding der eerbaarheid en verkrachting, bederf van de jeugd en prostitutie, openbare schennis van de goede zeden en dubbel huwelijk. Sedert de jaren 1970 bestaat in België de neiging de strafbaarheid van allerlei zedendelicten te verminderen of op te heffen. Zo zijn bij de Wet van 9 juli 1973 de laatste drie leden van art. 383 Sw., waardoor publiciteit voor voorbehoedmiddelen werd verboden – een delict in de categorie openbare schennis van de goede zeden – geschrapt. Ook de bepalingen in het Strafwetboek betreffende homoseksuele handelingen werden herzien.
Nederland
+
Een zedendelict kan zijn een zedenmisdrijf, of een overtreding tegen de zeden.
In Nederland betreft Titel XIV van het Tweede Boek (Misdrijven) van het Wetboek van Strafrecht misdrijven tegen de zeden. Deze bestaat uit de artikelen 239 t/m 253.
De meeste zedenmisdrijven (artikelen 239, 240 en 240b t/m 251) hebben met seks te maken, artikel 240a kan met seks te maken, maar is algemener.
De artikelen 252 en 253 behandelen andere zedenmisdrijven, zoals het verkopen van alcoholische drank aan iemand die al dronken is, en het ter beschikking stellen van een kind onder de 12 voor bedelarij of ongezonde arbeid.
De artikelen 240b en 242 tot en met 250, voor zover gepleegd ten aanzien van iemand onder de 18, gelden ook voor Nederlanders en inwoners van Nederland die het misdrijf buiten Nederland plegen, zoals bij sekstoerisme.
In Nederland betreft Titel VI van het Derde Boek (Overtredingen) van het Wetboek van Strafrecht overtredingen tegen de zeden. Deze bestaat na het vervallen van de meeste artikelen alleen nog uit artikel 453:
Bij de Wet van 13 juli 2002 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Gemeentewet (partiële wijziging zedelijkheidswetgeving) werden onder meer de artilken 240b en 247 gewijzigd en artikel 248c toegevoegd.
Recente wetten:
Webcamseks met een minderjarige kan onder meer eventueel vallen onder artikel 248a, en bij het bewaren van de beelden eventueel onder artikel 240b
In Nederland betreft Titel XIV van het Tweede Boek (Misdrijven) van het Wetboek van Strafrecht misdrijven tegen de zeden. Deze bestaat uit de artikelen 239 t/m 253.
De meeste zedenmisdrijven (artikelen 239, 240 en 240b t/m 251) hebben met seks te maken, artikel 240a kan met seks te maken, maar is algemener.
- artikel 239: schennis van de eerbaarheid
- artikel 240: iemand onverhoeds met pornografie (afbeelding of voorwerp) confronteren
- artikel 240a: voor personen jonger dan 16 ongeschikt materiaal aan zo iemand vertonen
- artikel 240b: vervaardiging en bezit van, en handel in, porno met iemand onder de 18; in werking getreden 1 januari 2010, dossier 31810: zich toegang verschaffen tot zulke porno
- artikel 242: verkrachting
- artikel 243: seksuele penetratie van iemand die wilsonbekwaam is
- artikel 244: seksuele penetratie van iemand onder de 12
- artikel 245: seksuele penetratie van iemand van 12 - 15
- artikel 246: aanranding
- artikel 247: ontucht met iemand onder de 16; ontucht met iemand die wilsonbekwaam is
- artikel 248a: ontucht door overwicht e.d. met iemand onder de 18
- artikel 248b: klant zijn van een prostitué(e) van 16 of 17 jaar
- artikel 248c: opzettelijk aanwezig zijn bij het plegen van ontuchtige handelingen door een persoon waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat deze de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt dan wel bij het vertonen van afbeeldingen van dergelijke handelingen in een daarvoor bestemde gelegenheid (dus niet thuis bij de computer)
- artikel 248d (in werking getreden 1 januari 2010, dossier 31810): met ontuchtig oogmerk iemand onder de 16 bewegen getuige te zijn van seksuele handelingen
- artikel 248e (in werking getreden 1 januari 2010, dossier 31810): grooming van iemand onder de 16
- artikel 249: ontucht met een eigen kind (zie ook incest), pupil, e.d. onder de 18; ontucht van een ambtenaar met iemand die aan zijn gezag is onderworpen, ontucht van iemand die werkt in de gezondheidszorg of maatschappelijke zorg met een patiënt of cliënt, e.d. (zie ook seksuele dienstverlening in de zorg)
- artikel 250: bevorderen dat iemand onder de 18 ontucht pleegt
- artikel 254: seks met een dier
- artikel 254a: vervaardiging en bezit van, en handel in, dierenporno
De artikelen 252 en 253 behandelen andere zedenmisdrijven, zoals het verkopen van alcoholische drank aan iemand die al dronken is, en het ter beschikking stellen van een kind onder de 12 voor bedelarij of ongezonde arbeid.
De artikelen 240b en 242 tot en met 250, voor zover gepleegd ten aanzien van iemand onder de 18, gelden ook voor Nederlanders en inwoners van Nederland die het misdrijf buiten Nederland plegen, zoals bij sekstoerisme.
In Nederland betreft Titel VI van het Derde Boek (Overtredingen) van het Wetboek van Strafrecht overtredingen tegen de zeden. Deze bestaat na het vervallen van de meeste artikelen alleen nog uit artikel 453:
Bij de Wet van 13 juli 2002 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Gemeentewet (partiële wijziging zedelijkheidswetgeving) werden onder meer de artilken 240b en 247 gewijzigd en artikel 248c toegevoegd.
Recente wetten:
- Rijkswet van 26 november 2009 tot goedkeuring van het op 25 oktober 2007 te Lanzarote tot stand gekomen Verdrag van de Raad van Europa inzake de bescherming van kinderen tegen seksuele uitbuiting en seksueel misbruik (Trb. 2008, 58), Stb. 543 (dossier 31808/R1872)
- Wet van 26 november 2009 tot uitvoering van het op 25 oktober 2007 te Lanzarote totstandgekomen Verdrag van de Raad van Europa inzake de bescherming van kinderen tegen seksuele uitbuiting en seksueel misbruik (Trb. 2008, 58), Stb. 544 (dossier 31810)
- Wet van 4 maart 2010, houdende strafbaarstelling van het plegen van ontuchtige handelingen met dieren en pornografie met dieren (verbod seks met dieren) (nieuwe artikelen 254 en 254a, zie boven)
Webcamseks met een minderjarige kan onder meer eventueel vallen onder artikel 248a, en bij het bewaren van de beelden eventueel onder artikel 240b
Vervallen bepalingen
- destijds strafbaar, maar nu niet meer:
- deel van artikel 240 vs. artikel 240b (1886 of eerder - 1986): verspreiden van pornografische afbeeldingen met personen van 18 jaar en ouder, verspreiden van pamfletten met alle soorten pornografische teksten
- deel van artikel 240 vs. artikel 240b (1911 - 1986): vervaardigen van pornografische afbeeldingen met personen van 18 jaar en ouder, verspreiden van boeken met deze pornografie, vervaardigen van alle soorten pornografische teksten, verspreiden van boeken met deze teksten
- deel van artikel 240 (1934 - 1986): ten gehore brengen van pornografische teksten
- deel van artikel 240bis (1911 - 1970): openlijk tentoonstellen en verkopen van voorbehoedsmiddelen
- artikel 241: (1886 - 1971): overspel
- artikel 248a (oud; 1942 - 1944/'45): seks van iemand van 18 jaar of ouder met diens ouder, grootouder, kind, kleinkind, broer, zus, halfbroer of halfzus; wijziging van het Wetboek van Strafrecht bij besluit van het Duits bestuur in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog (Verordeningenblad 87/1942); na de bevrijding niet meer van kracht (Besluit bezettingsmaatregelen, lijst B)
- artikel 248bis (1911 - 1971): homoseksuele contacten van iemand van 21 jaar of ouder met iemand jonger dan 21 jaar (als aanvulling op art. 247 die de algemene minimumleeftijd op 16 jaar stelt)
- artikel 250bis (1911 - 2000): bordelen en overige exploitatie van prostitutie, zie landelijk bordeelverbod en opheffing algemeen bordeelverbod
- artikel 251bis (1911 - 1984): vervallen bij de invoering van de Wet afbreking zwangerschap
- Verordening ter bestrijding van de tegennatuurlijke ontucht, Verordeningenblad 81/1940 van het Duits bestuur in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog (31 juli 1940 - 1944/'45): homoseksuele gedragingen van mannen; na de bevrijding niet meer van kracht
- destijds verminderde strafbaarheid, maar nu niet meer:
- artikel 242 e.a. (1886 of eerder - 1991): verkrachting binnen het huwelijk was uitgezonderd van strafbaarheid; verkrachting van een man viel onder aanranding
- tweede lid van artikel 247 (1991 - 2002): in het geval van een jongere van 12 t/m 15 jaar had vervolging alleen plaats op klacht van de jongere, diens wettelijk vertegenwoordiger, of de kinderbescherming
- naar andere wet overgeheveld:
- artikel 254 (oud; 1886 - 1996): dierenmishandeling, naar Gezondheids- en welzijnswet voor dieren
Verdrag van de Raad van Europa inzake de bescherming van kinderen tegen seksuele uitbuiting en seksueel misbruik
+
Op 25 oktober 2007 is te Lanzarote tot stand gekomen het Verdrag van de Raad van Europa inzake de bescherming van kinderen tegen seksuele uitbuiting en seksueel misbruik (Council of Europe Convention on the Protection of Children against Sexual Exploitation and Sexual Abuse). Het is in Nederland gepubliceerd als Trb. 2008, 58, met de Engelse en Franse authentieke tekst en de Nederlandse vertaling.
Het definieert "kind" als persoon jonger dan 18 jaar, geeft ook een definitie van "seksuele uitbuiting en seksueel misbruik van kinderen", en bepaalt dat de verdragslanden dit strafbaar stellen. Wat elk land zelf bepaalt is de leeftijd van seksuele meerderjarigheid; deze varieert in de lidstaten van 13 tot 17 (voor Nederland: 16). Voor seksueel meerderjarige kinderen (voor Nederland: 16- en 17-jarigen) zijn sommige delicten wel van toepassing, en andere niet, zie boven.
Een verdragspartij kan op bepaalde punten een voorbehoud maken:
Nederland maakt geen voorbehoud, en verbiedt dit dus wel.
Oktober 2011 hadden 43 van de 47 lidstaten het verdrag ondertekend en hadden 15 staten het Verdrag bekrachtigd. Het Verdrag is 1 juli 2010 in werking getreden.
Voor de Nederlandse goedkeuring en implementatie zie ook boven. De Nationaal Rapporteur Mensenrechten bracht oktober 2011 haar Eerst Rapportage Kinderpornografie uit. Hierin wordt gepleit voor een integrale aanpak waarin niet alleen het Ministerie van Veiligheid en Justitie maar ook het Ministerie van VWS actief zou moeten worden. Daarnaast ziet de rapporteur een duidelijke taak weggelegd voor private initiatieven, in samenwerking met de overheid.
Het definieert "kind" als persoon jonger dan 18 jaar, geeft ook een definitie van "seksuele uitbuiting en seksueel misbruik van kinderen", en bepaalt dat de verdragslanden dit strafbaar stellen. Wat elk land zelf bepaalt is de leeftijd van seksuele meerderjarigheid; deze varieert in de lidstaten van 13 tot 17 (voor Nederland: 16). Voor seksueel meerderjarige kinderen (voor Nederland: 16- en 17-jarigen) zijn sommige delicten wel van toepassing, en andere niet, zie boven.
Een verdragspartij kan op bepaalde punten een voorbehoud maken:
- Een verdragspartij kan toestaan dat seksueel meerderjarige kinderen seksueel getinte afbeeldingen van zichzelf, of met elkaars goedvinden van elkaar, voor eigen gebruik vervaardigen.
Nederland maakt geen voorbehoud, en verbiedt dit dus wel.
Oktober 2011 hadden 43 van de 47 lidstaten het verdrag ondertekend en hadden 15 staten het Verdrag bekrachtigd. Het Verdrag is 1 juli 2010 in werking getreden.
Voor de Nederlandse goedkeuring en implementatie zie ook boven. De Nationaal Rapporteur Mensenrechten bracht oktober 2011 haar Eerst Rapportage Kinderpornografie uit. Hierin wordt gepleit voor een integrale aanpak waarin niet alleen het Ministerie van Veiligheid en Justitie maar ook het Ministerie van VWS actief zou moeten worden. Daarnaast ziet de rapporteur een duidelijke taak weggelegd voor private initiatieven, in samenwerking met de overheid.
Licentie: CC BY-SA 3.0 - Auteur(s): De Zwijger - changed and improved by Noorland Juristen.
© Copyright 2007 - , Noorland Juristen