Home » News » Ongelukken op het werk

Ongelukken op het werk

by Dilana van der Bend

Ongelukken op het werk

Een werkgever is al snel aansprakelijk op het moment dat een werknemer een ongeluk krijgt. De wet bepaalt op de eerste plaats dat een werkgever in beginsel aansprakelijk is op het
moment dat deze een ongeluk krijgt tijdens de uitvoering van de werkzaamheden. Tijdens is eenvoudiger aan te tonen dan een ongeval door, de werknemer moet aantonen dat het ongeluk en
het letsel is gebeurd tijdens het werk. Hij hoeft dus niet eens uit te leggen hoe het ongeluk precies is gebeurd. Tijdens het werk roept natuurlijk weer de vraag op wat tijdens precies
inhoudt. Dit moet ruim worden uitgelegd. Voor een werknemer is het de zaak om het klachtenverloop en de werksituatie precies bij te houden in een dossier.

De werkgever kan alleen nog aanvoeren dat hij afdoende veiligheidsmaatregelen heeft genomen of dat het ongeluk ook met afdoende maatregelen zou hebben plaatsgevonden.
Voorbeelden hiervan zijn:

  • Een ongeluk met niet-verankerde ladder. Voldoende zorgplicht omdat veilige ladder wel ter beschikking stond;
  • Een ongeluk met niet-vastgezette ladder. Onvoldoende zorgplicht omdat bevestigingsmateriaal niet voor handen was;
  • Een werknemer van TPG loopt de weg op achter een wegwaaiend poststuk. Onvoldoende zorgplicht wegens ontbreken schriftelijke
    instructies en geen controle op naleving bestaande instructies;
  • Een ongeluk met scherp mes. Voldoende zorgplicht omdat duidelijk moest zijn dat het mes om broodjes mee te snijden scherp kon zijn;
  • Het vallen door dak bij klant. Voldoende zorgplicht werkgever, omdat werknemer professioneel is en werkgever niet alles – bij derden – kan voorzien.
  • Een werkgever is in de meeste gevallen verzekerd voor letsel van werknemers. De werkgever heeft dan ook weinig te maken met de verdere afwikkeling van de aansprakelijkheid en schade.
  • Voor werkgevers geldt dan ook dat zij een aansprakelijkheidsstelling zo snel mogelijk moeten doorsturen naar hun verzekeraar.

Te lang wachten of zelf allerhande brieven schrijven kan er toe leiden dat de verzekeraar geen dekking meer verleend. Werknemers doen er goed aan een advocaat in de arm te nemen om de
schade af te wikkelen. Ook de kosten van de advocaat komen meestal voor vergoeding in aanmerking.

Beroepsziekten

Bij het optreden van een beroepsziekte treden vaak juridische kwesties op: wie is er aansprakelijk voor de ziektekosten, maar ook voor immaterile schade.

Wanneer de beroepsziekte is veroorzaakt door het blootstellen aan een gevaarlijke stof, dan is de werkgever aansprakelijk als bedrijfs- of beroepsmatige gebruiker van die stof op grond
van artikel 175 van boek 6 van het Burgerlijk Wetboek (art. 6:175 B.W.). Hierbij geldt een risicoaansprakelijkheid: de dader is ook aansprakelijk, als hij geen schuld heeft aan het
ontstaan van de schade.

Dit is echter anders met de aansprakelijkheid die rechtstreeks voortvloeit uit het arbeidsrecht: daar geldt een schuldaansprakelijkheid, waarbij de werkgever pas aansprakelijk is als
hij niet aan zijn zorgplicht heeft voldaan. Dat wil zeggen, dat hij er niet alles aan heeft gedaan om zijn werknemer op een veilige werkplek te laten werken met de nodige
veiligheidsmaatregelen. De aansprakelijkheid, die hier specifiek geldt in de arbeidsrelatie, is vastgelegd in artikel 658 van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek (art. 7:658 B.W.).

Dergelijke claims van slachtoffers van beroepsziekten worden vaak behandeld door een letselschadeadvocaat, die zich op het medisch vlak laten adviseren door een medisch adviseur om te
kunnen beoordelen of een claim kans van slagen heeft. Letselschadeadvocaat is een specialisatie binnen het beroep van advocaat.

Sinds 1 december 2007 komen zelfstandigen die asbestslachtoffer zijn, ook in aanmerking voor een schadevergoeding. De voorwaarde voor een financile tegemoetkoming zijn: het
slachtoffer moet minimaal tien jaren aaneengesloten in Nederland hebben gewoond in de periode dat de asbestbesmetting heeft plaatsgevonden. Verder moet deze besmetting de
daadwerkelijke oorzaak zijn van de ziekte op het moment dat die wordt geconstateerd.

Verkeersongelukken

Veel voorkomend is dat een werknemer een verkeersongeluk krijgt tijdens het werk.

In dat geval geldt doorgaans dat de werkgever aansprakelijk is op grond van zorgvuldig werkgeverschap. Veel verkeersongelukken vinden plaats op het moment dat een werknemer de weg op
is voor zijn baas. In zo’n geval geldt op basis van zorgvuldig werkgeverschap dat de werkgever het risico op een verkeersongeluk op zijn bordje neemt door een goede verzekering af te
sluiten of de werknemer in staat te stellen een dergelijke verzekering af te sluiten.

Aansprakelijkheid van de werkgever werd afgewezen in de volgende gevallen:

Deelname, tijdens een (niet verplichte) sportdag, aan buik glijden op een zeephellingbaan, waarop de deelnemer met het hoofd oranje pionnen moest omstoten;

Een pompbediende maakt tweemaal een overval op zijn tankstation mee; daarbij wordt hem onder bedreiging kasgeld afhandig gemaakt. In dezelfde periode vindt een derde overval plaats
waarbij hij niet is betrokken. Hij stelt door een en ander arbeidsongeschikt te zijn geworden. Volgens de Kantonrechter zijn aan het beroep van pompbediende risicos verbonden die
door indiensttreding worden aanvaard en niet eenzijdig op de schouders van gerekwestreerde [de werkgever, J.S.] kunnen worden afgeschoven;

Een egohydroloog is tewerkgesteld in Jemen dat (ook) toen onveilig was, al was nog geen negatief reisadvies gegeven. Op een vrije dag maakt hij een excursie naar een als onveilig
bekend staand gebied aldaar. Daar wordt hij gegijzeld. Nu de gijzeling plaatsvond tijdens de door de werknemer zelf gekozen vrijetijdsbesteding en hij op de hoogte was van de
gespannen situatie, wordt tevergeefs beroep gedaan op art. 7:611 BW.;

Een manager overseas projects neemt deel aan een in Ivoorkust gehouden technical meeting om nader met elkaar kennis te maken. Tijdens het programme social is hij na de lunch de
zee ingegaan alwaar hij, tot kniehoogte in het water staande met zijn rug naar de oceaan, met een collega stond te praten. Door een krachtige golf kwam hij ten val waardoor
gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid ontstond. De gevolgen van dit ongeval, door het Hof aangeduid als een ongelukkige samenloop van omstandigheden, komen niet voor rekening van de
werkgever, zeker nu de werkgever door het afsluiten van een ongevallenverzekering voor haar werknemers (…)zorgvuldigheid heeft betracht.

Aansprakelijkheid werd aanvaard in de volgende zaken:

Een leerling-verpleegkundige in de zwakzinnigenzorg werd door een zeven jaar oude patint tegen haar knie getrapt nadat hij uit het bad was gekomen en op een stoel had plaatsgenomen.
Volgens de Kantonrechter is in deze setting sprake van een meer dan gemiddeld risico van onvoorspelbaar en schadeveroorzakend gedrag. Dergelijke schade behoort voor rekening van de
werkgever te blijven;

De werkgever die aansprakelijkheid voor het ongeval heeft erkend bood de werknemers een collectieve ongevallenverzekering aan. De werknemer, die de Nederlandse taal niet machtig
was, had zich daarvoor niet aangemeld. De werkgever is aansprakelijk omdat de werknemer niet binnen de mogelijkheden is genformeerd over deze verzekering.

Aansprakelijkheid werd onder omstandigheden mogelijk geacht toen een senior consultant bij het landen tegen het einde van een ballonvaart tijdens een bedrijfsuitje letsel opliep.
Van belang werd onder meer geacht dat ballonvaarten met risicos gepaard gaan.

Letsel door collega

De wet bepaalt in artikel 6:170 BW dat een werkgever naast een werknemer aansprakelijk is voor schade indien de schade is veroorzaakt in het kader van de werkzaamheden en de
werkgever zeggenschap had over de gedragingen waarin de fout is gelegen.

Uit een recent arrest blijkt weer dat dit verband ruim wordt uitgelegd. Tijdens een bedrijfsfeest in partycentrum ontstaat brand doordat werknemer tijdens een feestje lampolie
gooien op een barbecue. Hierdoor brandt het centrum tot de grond af. De eigenaar stelt de werkgever aansprakelijk en de Hoge Raad oordeelt uiteindelijk dat dit terecht is. Dit op
de navolgende gronden:

Het betrof een door de werkgever georganiseerd, gefaciliteerd en betaald feest; de werknemers traden tijdens het feest als een zekere eenheid naar buiten; een bedrijfsfeest wordt
geacht (mede) in het belang te zijn van de saamhorigheid in een bedrijf en de motivatie van de daar werkzame personen; de leidinggevende had ook tijdens het bedrijfsfeest een zekere
zeggenschap over de werknemers.

Het arrest kan ook van groot belang voor (letsel)schade van werknemers zelf. In veel gevallen is het een collega die letsel veroorzaakt. De gebruikelijke weg is dan de werkgever
aansprakelijk stellen omdat er te weinig veiligheidsmaatregelen zouden zijn getroffen. Bij letsel veroorzaakt door een collega kan de werkgever aansprakelijk worden gesteld. Een
belangrijk voorbeeld kan zijn het collegiale stoeien of, maar daarover zijn we voorzichtiger, een vechtpartij. Ook dit ligt binnen het functioneel verband. De rechtspraak is hierover
wel bijzonder kritisch.

You may also like